Bij onze motoren komt naar verloop van tijd het moment waarop de prestaties wat minder worden en het tijd is voor enig onderhoud.
Dat geldt ook voor organisaties, besturen etc. Nu is de CTN geen organisatie; het is niet meer dan een site waarop een klassement van resultaten van klassieke trials wordt bijgehouden. Die trials worden door de trialclubs georganiseerd. Om toch een sluitende wedstrijdkalender te krijgen is overleg met de clubs nodig, zodat er toch wat regelwerk bij de CTN terecht komt, naast het bijhouden van de resultaten en de jaarlijkse prijsuitreiking.
Tot nu toe komt dat vrijwel allemaal terecht op de schouders van een persoon. Tot voor de twee jaar wedstrijdpauze wegens corona heeft dat goed gefunctioneerd. Na de herstart bleken er toch een paar problemen zichtbaarder te worden: 1e – het dalende aantal deelnemers en 2e- de toenemende moeilijkheidsgraad van de non-stops
De vraag rijst: wat kan de CTN hier aan doen?
1e- het dalende aantal deelnemers.
Sinds de start van de CTN in 2008 schommelde het aantal deelnemers per wedstrijd jarenlang tussen 55 en 60 rijders met zelfs een uitschieter van 84. Die aantallen zijn zeker na corona flink geslonken tot 40 a 50. Na een periode van 2 jaar waarin geen wedstrijden verreden werden hebben een aantal rijders de helm aan de wilgen gehangen. Daarbij komt dat het deelnemersveld steeds verder vergrijsd omdat er vanuit jongere leeftijdscategorien nauwelijks aanwas is. Nu is het rijden met weinig deelnemers niet erg, alleen voor clubs is het straks niet meer interessant om wedstrijden te organiseren!
2e- toenemende moeilijkheidsgraad van de non-stops.
Zoals geconstateerd is het deelnemersveld aan het vergrijzen, maar gezien de moeilijkheidsgraad van de non-stops worden er steeds hogere eisen aan de rijders gesteld om nog rond te komen in hun spoor: rood van 10 jaar terug is nu blauw/ blauw plus. Dit is een ongewenste ontwikkeling en noopt sommige rijders tot afstappen. Deze ontwikkeling is geen bewuste opzet maar vloeit voort uit terreinen waar steeds meer harde obstakels op een beperkte ruimte staan en uitzetters, die van goede wil zijn, maar gewend zijn om voor moderne mortoren uit te zetten.
Om in de toekomst te kunnen blijven rijden zal het aantal rijders niet verder moeten dalen en zullen de non-stops van een constante kwaliteit (en niet steeds moeilijker) moeten zijn.
Er ligt dus nu meer op het bordje van de CTN dan alleen een klassement: dat wordt teveel voor een persoon!
Er zijn extra handjes nodig in de - jawel- organisatie, die zich bezig kunnen houden met:
-de website,- communicatie met clubs,- niveaubewaking non- stops, - pr. Bladen en beurzen,- prijsuitreiking.
Binnenkort zien we elkaar in Arnhem tijdens de Plonker’s Pleasure Trial; een goede gelegenheid om hierover van gedachten te wisselen en je wellicht beschikbaar te stellen voor taken in de CTN. Sta je te popelen: mailen en bellen mag altijd.